In een kantoorgebouw in Zoetermeer met meerdere gebruikers, zijn rond het intreden van de wereldwijde Covid-pandemie, metingen gedaan aan het thermisch comfort. Tevens is met een enquête en een logboek per ruimte onderzocht wat de beleving is van de mensen. De metingen zijn uitgevoerd om te controleren in hoeverre de upgrade van de gebouwinstallaties oplevert wat er van werd verwacht. De installatie had namelijk dringend een upgrade nodig. Er was een toenemend aantal klachten over het thermisch comfort.
Uit de metingen is naar voren gekomen dat de upgrade grotendeels voldoet en overeenkomt met de beleving van de mensen. In de beleving zijn wel wat meer uitschieters. Dat komt vooral doordat er, juist gedurende de meetperiode, een langdurige storing was van de automatische buitenzonwering. En uit het onderzoek blijkt nu juist dat de buitenzonwering een onmisbare rol heeft in het beperken van de optredende temperaturen in de zomer. Gelukkig functioneerde de handmatig bediende binnenzonwering nog wel.
Het punt is dat de koeling de zonbelasting niet geheel kan compenseren. En een ander punt is, dat, indien men meer wil koelen, de inblaastemperatuur zo laag wordt dat er meer tochtklachten op zullen treden. Belangrijk voor een goed thermisch comfort in de zomer is dus het functioneren van de buitenzonwering. Het blijkt dat het aantal klachten inderdaad sterk is afgenomen bij het goed functioneren van de buitenzonwering. Dat was uiteraard wel in de situatie dat de personele bezetting van het gebouw veel lager was, vanwege de Corona-beperkingen.
Hieronder is een indruk gegeven van de grafische uitkomsten van de comfortmetingen van enkele ruimten.